Deze pagina is met name bedoeld voor onze leden en kaderleden. Hier kun je informatie vinden over de nieuwe brevettenlijn.

Inmiddels zijn wij begonnen met deze nieuwe lijn en de eerste kandidaten hebben in april 2011 afgezwommen voor een junior-brevet. Geleidelijk zullen we overgaan op de nieuwe lijn. In augustus 2012 vervalt de oude lijn.
Kwaliteit staat voorop. Vandaar dat wij hebben gekozen voor een geleidelijke overgang. Naast informatie over de nieuwe lijn, zullen we hier aandacht gaan besteden aan theorie. Dit onderdeel zullen wij afschermen en zal voor onze leden toegankelijk zijn met behulp van een wachtwoord.

Waarom een nieuwe lijn?  Er gaat meer aandacht uit naar zelfredding. Tevens heeft men de nieuwe lijn attractiever gemaakt voor kandidaten en instructeurs en de lijn sluit aan op de eisen van de Internationale Life Saving organisatie.

Hieronder volgen de nieuwe brevetten Junior Redder 1 t/m 4, Zwemmend Redder 1 t/m 4 en Life Saver 1 t/m 3.  Er volgt een korte opsomming van m.n. de nieuwe onderdelen. Bij Zwemmend Redder en Life Saver hebben we ook de oude onderdelen vermeld. Wil je het volledige programma bekijken, klik dan op de bijgevoegde link bij de onderdelen.

Junior Redder

Junior Redder 1:
Onderdelen: bommetje, rugslag met de handen achter of boven je eigen hoofd, plastic tas tijdens de sprong met lucht vullen en drijven op de tas in de "HELP"-houding, twee zwevende voorwerpen aantikken die zich onder water bevinden, halve draai, 9 meter onderwater zwemmen en 10 seconde uitdrijven in rugligging.

Junior Redder 2:
Onderdelen: in het water glijden, over een vlot klimmen en onder een vlot doorzwemmen, plastic tas tijdens de sprong met lucht vullen en drijven op de tas, rechtstandig je laten zinken, bommetje, twee zwevende voorwerpen aantikken onderwater of 2 van de 5 duikringen van de bodem pakken, samengestelde rugslag en een bal vangen en vragen of je de bal mag teruggooien en na akkoord gooi je de bal terug naar de examinator.

Junior Redder 3:
Onderdelen: een droge redding met een touw of tuinslang, met een redding-/zwemvest in het water springen en drijven in de HELP-houding, koprol voorover, zeemansslag, borstcrawl met zwemvliezen, op de rug zwemmen met een bal in de kopgreep, dompen en 2 van de 5 duikringen oppakken van de bodem en een droge redding met behulp van een stok of flexibeam.

Junior Redder 4:
Onderdelen: een droge redding met behulp van een reddingsklos, met een redding-/zwemvest in het water springen en drijven in de Help-houding, in schoolslag 100 meter zwemmen binnen 4 minuten, zeemansslag, samengestelde rugslag, schredesprong gevolgd door 50 meter borstcrawl met zwemvliezen, reddingspop in kopgreep vervoeren, hoekduik en 1 van de 3 ringen van de bodem pakken en om een pion doen die op de bodem staat, droge redding met behulp van een reddingsbal of werpzak en daarbij moet de drenkeling worden gerustgesteld en aan de kant worden gebracht.

Zwemmend Redder

Zwemmend Redder 1
Onderdelen: De enkele polsgreep, de dubbele polsgreep en de voorwaartse omklemming, een droge redding met behulp van een reddings- of hulpmiddel naar keuze van de brigade, popduiken, 14 meter onderwater zwemmen, een natte redding met behulp van een hulp- en/of reddingsmiddel, een natte redding met behulp van een rescue tube, in het water de dubbele polsgreep en de voorwaartse omklemming, vervoeren in de houdgreep / polsgreep, triangelgreep, kopgreep en slepen.

Zwemmend Redder 2
Onderdelen: De dubbele polsgreep, de voorwaartse omklemming en de achterwaartse omklemming, popduiken, voorzichtig te water gaan en zich bevrijden van een pseudo-drenkeling met de voorwaartse omklemming en vervoeren in de kopgreep en overpakken in de polsgreep, 16 meter onderwater zwemmen, een droge redding met behulp van een reddingsklos, werpzak of reddingsbal naar keuze van de brigade, een natte redding met een rescue tube, lijnredding, voorwaartse omklemming, achterwaartse omklemming, dubbele polsgreep en vervoeren in de triangelgreep, duwen, slepen, kopgreep, okselgreep en houdgreep.

Zwemmend Redder 3
Onderdelen: voorzichtig te water gaan en zwemmen naar een drenkeling en de dubbele polsgreep toepassen en vervolgens 5 meter vervoeren in de houdgreep en aansluitend 5 meter schoudergreep en 5 meter kopgreep en de drenkeling aan de kant brengen, 6 minuten zwemmen en binnen deze 6 min. een afstand van tenminste 175 meter afleggen, kopsprong en vervolgens 50 meter borstcrawl in max. 1 minuut en 15 seconden, de 1e redder lijnt een 2e redder aan en deze gaat voorzichtig te water en haalt door middel van de halve cirkelmethode 2 van de 4 duikringen boven, natte redding met behulp van een reddingsmiddel, in het water maatregelen uitvoeren tegen vingerkramp, bovenbeenkramp en kuitkramp, in het water voorwaartse omklemming, achterwaartse omklemming en borstgreep en vervolgens vervoeren in de schoudergreep, polsgreep en kopgreep  en tot slot 1 baan vervoere nin de kopgreep, schoudergreep en okselnekgreep.

Zwemmend Redder 4
Onderdelen: voorzichtig te water gaan en zwemmen naar een drenkeling en de borstgreep toepassen en vervolgens vervoeren in de polsgreep en aansluitend de schoudergreep, de okselnekgreep en de drenkeling aan de kant brengen, uitvoeren van de HELP houding (30 sec.) en dan de Huddle houding met 3-6 personen vormen (30 sec.), 17 meter onderwater zwemmen, lijnredding net zoals bij zwemmend redder 3 maar nu met een geblindeerde bril en met seinen door de 1e redder, natte redding met behulp van een contactmakend hulp- of reddingsmiddel van een onrustige drenkeling, in het water maatregelen uitvoeren tegen vingerkramp, bovenbeenkramp en kuitkramp.

Life Saver

Wat opvalt bij Life Saver  is, dat er minder bevrijdingsgrepen zijn. We zullen niet meer opleiden in de lendegreep en de achterwaartse borstgreep. We gaan de theorie nog meer in de praktijk brengen. Nieuw is bijvoorbeeld de Body Hug bij Life Saver 3.

Life Saver 1
Theorie:
20 meerkeuzenvragen. Van de 20 mogen er maximaal 4 fout worden beantwoord.
Praktijk: 50 meter zeemanslag, een pseudo ongeval met twee redders waarbij in samenwerking een droge redding moet worden uitgevoerd met behulp van een reddingsmiddel ( keuze uit 3 door de brigade beschikbaar gestelde reddingsmiddelen) en bij deze redding moet voor een adequate alarmering worden gezorgd, in het water de kleding uittrekken, binnen 10 minuten een afstand van 200 meter afleggen, met zwemvliezen naar een drenkeling zwemmen en dan de drenkeling met behulp van een rescue tube 25 meter vervoeren en aan de kant brengen, drie methoden tonen om vanaf de kant te water te gaan, twee bevrijdingsgrepen tonen en twee vervoersgrepen (keuze examinator) en aangeven waarom je deze manier gebruikt, handreiking, reddingspop opduiken, redding, lijnredding door 2 redders en communiceren d.m.v seinen, schredesprong.

Life Saver 2
Theorie:
De kandidaat dient de theorie m.b.t. de handelingen die moeten worden verricht bij het redden van drenkelingen uit open water te beheersen. * Theorie m.n. gericht op het veilig uitvoeren van een redding. Tevens dient de kandidaat in het bezit te zijn van een Geldige verklaring Eerste hulpverlening.
Praktijk: 50 meter polocrawl, een natte redding met behulp van een reddingsmiddel waarbij de drenkeling zich bevindt op 12,5 vanaf de kant, een natte redding waarbij de drenkeling zich bevindt op 25 meter vanaf de kant - deze drenkeling defensief benaderen en dan vervoeren in 3 verschillende vervoersgrepen, lijnredding waarbij een duikmasker wordt opgezet waardoor het zicht wordt ontnomen - de pop ligt in het zoekgebied en die moet worden getoond (max 3 duikpogingen), in het water kleding uittrekken, natte redding met behulp van zwemvliezen en een hulpmiddel, 20 meter onderwater zwemmen, veilig te water gaan en een pop opduiken, schredesprong en 25 meter duwen en 25 meter slepen.

Life Saver 3
Theorie:
De kandidaat dient de theorie m.b.t. de handelingen die moeten worden verricht bij het redden van drenkelingen uit open water beheersen. * Theorie m.n. inzicht in proces en samenwerken. Tevens dient de kandidaat te beschikken over een geldige verklaring Eerste hulpverlening.
Praktijk: 50 meter polocrawl, 50 meter zeemanslag, een natte redding met twee redders waarbij gezamenlijk de bodem systematisch wordt afgezocht naar een reddingspop, 300 meter zwemmen in 9 minuten, 300 meter met zwemvliezen in 4 minuten en 30 seconden, 100 meter in 1 minuut en 40 seconden en 25 meter onderwater zwemmen, op een veilige manier te waer gaan en 25 meter zwemmen en pop opduiken, tonen van de dubbele polsgreep, voorwaartse- en achterwaartse omklemming en vervoeren in drie vervoergrepen naar de keuze van de examinator en tot slot het uitvoeren van een Body hug.